In het darmkanaal leven ca. 100.000 miljard micro-organismen. In een gezond darmkanaal heerst een milieu waarin de meeste pathogene bacteriestammen zich niet thuis voelen. Echter, de darminhoud kan ook pathogenen en toxische stoffen bevatten [1].
Probiotische organismen voeren strijd met pathogenen om hechtruimte aan de darmwand en voedsel. Hiertoe vormen ze bacteriocinen en korteketenvetzuren. Deze laatsten voeden het darmepitheel, waardoor een sterke barrière ontstaat tegen pathogenen. Bovendien verlagen deze vetzuren de pH, wat pathogenen verdrijft [1].
Onder invloed van externe factoren, waaronder een slecht voedingspatroon, kan het evenwicht echter verstoord raken, met dysbiose tot gevolg. Door de negatieve implicaties op de gezondheid wordt dysbiose het dan ook wel een pathobiomische staat genoemd, naar ‘patho’, dat ziekte of aandoening betekent [1].
Via de darm-hersenas speelt het microbioom een belangrijke rol in het samenspel tussen darm en hersenen. Pathogenen in de darmen kunnen bovendien in de bloedbaan terechtkomen wat leidt tot inflammatie. Middels de darm-hersenas en inflammatie kan een pathobiomische staat resulteren in verschillende psychopathologieën waaronder depressie. Mogelijk is dit een van de achterliggende werkingsmechanisme van depressie [1].
Een Deens onderzoeksteam verdeelde ratten in vier groepen [2]. Twee groepen ratten volgden een vetrijk en vezelloos voedingspatroon, waarbij een van de twee groepen ook water met probiotica kreeg. Twee controlegroepen werden gevoed met een vezelrijk en vetarm dieet, ook hier kreeg een van de groepen water met een probioticum. Na twaalf weken werden de ratten onderworpen aan zwemtest. Een zwemtest is voor ratten een stressvolle activiteit en wordt gebruikt als onderzoeksmethode naar depressieve klachten, gedrag en stressbestendigheid.
De ratten met het vetrijke voedingspatroon zonder probiotica gedroegen zich “depressiever” tijdens de test. Ratten die naast een vetrijk en vezelloos voedingspatroon probiotica kregen, vertoonden normaal gedrag. Degenen die een vetrijk en vezelloos voedingspatroon kregen zonder probiotica, ontwikkelden gedrag vergelijkbaar met depressief gedrag. Het probioticum compenseert dus bij ratten de gevolgen van een ongezond dieet.
Bovendien bleek dat ratten die geen probiotica kregen een verhoogd aantal witte bloedcellen in hun hersenweefsel hadden, een teken van chronische ontstekingen. Gedragsveranderingen kunnen het gevolg zijn van chronische ontstekingen [2].
Zo’n 80 procent van de afweer vindt zijn oorsprong in de darm. De probiotische micro-organismen versterken zowel de cellulaire als de humorale immuunrespons. Artritis, maagzweren, allergische reacties en chronische darmontstekingen kunnen door het repareren van de hyperpermeabele darm en het optimaliseren van het darmmicrobioom worden verminderd. De ontstekingsremmende werking van probiotica beperkt zicht niet enkel tot de darm, ook huidaandoeningen als acné, psoriasis en eczeem zijn erbij gebaat [1]. Lees hierover meer in het Natura Foundation E-Book ‘Een goede gezondheid begint in de darm’
Op basis van het Deense onderzoek met ratten blijkt dat het voedingspatroon invloed kan hebben op de samenstelling van het microbioom en de metabole capaciteit. De onbalans die ontstaat door het consumeren van een westers voedingspatroon met veel vet en weinig vezels kan leiden tot depressieve aandoeningen. Probiotica kan deze onbalans verhelpen en zo de mentale gezondheid en metabole gezondheid verbeteren. De onderzoekers suggereren dat het dus mogelijk is dat mensen die lijden aan een depressies baat kunnen hebben bij het nemen probiotica suppletie.
2. Abildgaard A, Elfving B, Hokland M, Lund S, Wegener G. Probiotic treatment protects against the pro-depressant-like effect of high-fat diet in Flinders Sensitive Line rats. Brain Behav Immun. oktober 2017;65:33–42.